Zinnia - 0,5-0,8 m en Z. angustifolia / haageana
Composietenfamilie - Asteraceae |
Hommelplant, drachtplant, vlinderplant |
 |
Een eenjarige planten |
Bloeiperiode: juli - oktober |
Bloem 0,5-0,8 m: purper tot bleekgeel; bloeiwijze alleenstaand; vaak halfdubbelbloemig tot dubbelbloemig |
Blad: tegenoverstaand, breed (ei-rond), ongesteeld en met stengelomvattende voet |
Vrucht: nootje |
Hoogte: 0,5-0,8 m |
|
Zinnia angustifolia - bloem van nature geelachtig, maar cultivars variëren van wit tot roodachtig en tot tweekleurig; bladen tegenoverstaand, smal, zittend (ongesteeld); 0,3 tot 0,5 m hoog; verder als Zinnia elegans. |
|
Voor beide soorten |
Milieu: vochtige, humus- en voedselrijke bodems; zon. |
Herkomst: Mexico, Zuidoost Verenigde Staten. |
Toepassing: tuinen, vooral op volkstuinen uitgezaaid. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1 (in grote bedden bij bijenstand 3?) |
|
Hoofdje Zinnia elegans |
 |
|
Hoofdje Zinnia elegans |
 |
|
Buisbloemen |
 |
|
Zinnia elegans in een bloembed |
 |
|
Zinnia elegans op volkstuin |
 |
|
Zinnia elegans op volkstuin: een fragment |
 |
|
Honingbij |
 |
|
Atalanta - volgende foto |
 |
|
Atalanta |
 |
|
Zinnia angustifolia (Syn. Zinnia haageana) |
 |
|