Tuinviool - Viola spec cv (cultivar)
Viooltjesfamilie - Violaceae |
| Bijenplant, hommelplant, drachtplant, vlinderplant |
 |
Een eenjarige tot zeer kort levende vaste plant |
| Bloeiperiode: een afhankelijke van de kweekvorm en periode van aanlevering van najaar tot voorjaar. |
| Bloem: vrijwel alle kleuren en combinaties daarvan |
| Blad: variabel |
| Vrucht: driekleppige doosvrucht |
| Hoogte, lengte: 0,15-0,3m |
| Opmerking: bij verwildering ontwikkelen de planten zich in de richting van de botanische soort. |
| Tweejarige en overblijvende soorten kunnen in het eerste jaar al tot bloei komen. Bij vroeg zaaien kunnen ze in de zomer al bloeien, bij laat zaaien in het voorjaar. |
|
| Milieu en groeiplaats: vochtige tot vochthoudende bodems, matig voedselrijke tot voedsel rijke bodem net zure bodems. Zon-halfschaduw. In de volle zon bij relatief hoge temperatuur na eind april zeer droogte gevoelig. |
| Herkomst: een kweekvormen en kruisingen van diverse soorten violen. |
| Toepassing: tuinen, perken in de openbare ruimte, plantenpakken, geveltuinen etc |
| Beheer: bij aanhoudend te warm weer, planten water geven |
| Wilde solitaire bijen: Gewone sachembij. |
| Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 1/3. Wordt meestal door hommels bezocht. |
| |
| Fragment planten |
 |
| |
| Aardhommel |
 |
| |
 |
| |
 |
| |
| Gewone Sachembij |
 |
| |
| Gehakkelde aurelia |
 |
| |
 |
| |