Heliotroop - Heliotropium arborescens
Ruwbladigenfamilie - Boraginaceae |
| Hommelplant, drachtplant |
 |
Een kuipplant, halfheester, een niet winterharde overblijvende (vaste) plant |
| Bloeiperiode: juni - september |
| Bloem: blauwachtig/paarsachtig; bloeiwijze schichten die tuilvormig zijn samengesteld; |
| Blad: blad langerpig (smal eivormig, gerimperd en met een gave bladrand |
| Vrucht: doosvruchtachtig |
| Hoogte: als tuinplant tot 0,5, als kuipplant tot ruim 1,0 m |
| plant zachtbehaard |
| |
|
| Milieu: vochtige, matig voedselrijke, zandige kalkhoudende bodems; zon. |
| Herkomst: Peru. |
| Toepassing: tuinen. bloemperken, plantenbakken. |
| Beheer: eventueel in de winter vorstvrij bewaren. Half maart de plant tot dec helft terugsnoeien en verplanten in zandige potgrond (ca. 25% zand). Tijdens de bloei uitgebloeide bloemen uitknippen. |
| Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
| Dracht: nectar (en zeer weinig licht geel stuifmeel?). Indicatie voor dracht: code Hb1-5. (zeer afhankelijk van de afstand van de bijenstand) |
| |
| Bloeiwijze en blad |
 |
| |
| Bloeiwijze bestaat uit tuilvormig samengestelde schichten; |
 |
| |
| Een schicht |
 |
| |
| Kasteeltuin in Yorkshire |
 |
| |
| Fragment beplanting |
 |
| |
| Honingbij |
 |
| |
| Honingbij |
 |
| |