Rosse metselbij
Osmia rufa
Roodbruin behaarde bijen ( de kleur verbleekt bij het ouder worden van de bij); de huid met duidelijk groenachtige metaalglans
Lengte: vr & m 8-12 mm.
Lees meer
 

-Grafiek en/of kaartje naar T.M.J .Peeters et al.. Waarneming.nl. en anderen.-
Vrouwtje:achterlijf met lange afstaande beharing, geen duidelijke haarbanden aan de randen van de rugsegmenten; clypeus met in het midden van de rand een tweetoppig verlengstukje, bovendien aan beide zijden een lange, binnenwaarts gebogen tand; scopa roodachtig; kop en 4e-6e tergiet zwartbehaard; borststuk en 1e-3e tergiet buin/bruinachtig behaard. Lengte 8-12 mm.
Mannetje: hoorns ontbreken, beharing gezicht ligt geel en relatief lange voelsprieten; tergiet 6 en 7 zijn in het midden niet ingesneden; onderscheidt zich van de gehoornde metselbij door de bruine beharing op het borststuk; is bij de gehoornde metselbij zwart. Lengte 8-12 mm.
Vliegperiode: eind maart-eind mei/begin juni
Habitat: talloze habitats, maar het meest in tuinen.
Nesten: In allerlei holle ruimtes met een nestingang tussen 5-10 mm onder natuurlijke omstandigheden meestal oude kevergangen in doodhout. Daarnaast wordt vooral in de woon- en leefomgeving van mensen van en reeks van alternatief nestgelegenheid gebruik gemaakt: bundels bamboestokjes, rietdaken en rietbundels; houtblokken met voorgeboorde gaten, gaten van schroeven en pluggen, kunststofbuisjes -in- nestkastje, bijenhotels etc.
Bloembezoek:
Vlieg op bijna alle bijenplanten die tijdens de vliegperiode in bloei staan, onder meer.
Blauwe druifjes, bos vergeet-mij-nietje, daslook, Erysimum Bowles Mauve, geel zonneroosje, gevlekte dovenetel, gewone smeerwortel, grote muur, herik, hondsdraf, judaspenning, knol boterbloem, kruipende boterbloem, Kool, kruipend rode klaver, zenegroen muurbloem, scherpe boterbloem, slangenkruid, speenkruid; vingerhelmbloem, veldsalie, witte klaver, wilde reseda. Houtige planten: aalbes, gewone esdoorn, hondsroos, hulst, mahonia, peer, Rhododendron praecox, rozemarijn,sleedoorn, spaanse aak, wilgpeer.
Koekoeksbijen: Zwarte tubebij (Stelis phaeoptera)
Voorkomen in Nederland: vooral in de woonomgeving algemeen.
Samenvatting Peeters, T.M.J., Raemakers, I. P., Smit, Jan: Er worden tal van bijzondere nestplaatsen vermeld waarvan sleutelgaten, een dwarsfluit, een lucifersdoosje en een afgezaagde koeiehoorn het opmerkelijkst zijn (Bouwman 1922). De rosse metselbij is een echte cultuurvolger. Het is een uitgesproken polylectische soort. Broedparasieten zijn de knotswespen Sapygaquinquepunctata en S. clavicornis en de goudwesp Chrysis ignita. De nesten worden ook vaak belaagd door het fruitvliegje Cacoxenus indagator. In Nederland komt alleen de ondersoort Osmia rufacomigera (Rossi, 1790) voor, gekenmerkt door een zwarte beharing op de laatste tergieten. Eén mannetje met roodachtig behaard achterlijf zoals in de nominaatvorm Osmia rufa rufa, werd gevangen bij Baarn op 17 mei 1942.
 
Rosse metselbij parend (Wikipedia: auteur André Karwath aka-- Aka) Terug
 
Bijenmuur Botantische Tuin Utrecht - Terug
 
Fragment Bijenmuur Botantische Tuin Utrecht Terug
 
Rosse metselbijen parend bij nest Terug
 
Rosse metselbijen parend bij nest - Terug
 
Rosse metselbijen parend op een steen- Terug
 
Rosse metselbijen parend op een steen vooraanzicht Terug
 
Rosse metselbijen parend op een steen vooraanzicht Terug
   
Rosse metselbij bij houtblok Terug
 
Kunststof buisje met nest rosse metselbij Terug
 
Zwarte tubebij - Stelis phaeoptera ( Steven Falk http://www.stevenfalk.co.uk) Terug