| 
              
                
                  Gewone kleine wespbij 
                  Nomada flavoguttata | 
                 
                
                  | Bijen met een zwarte kop, zwart borststuk en roodbruin achterlijf | 
                 
                
                  | Lengte: vr & m 5-7 mm | 
                 
                
                  | Lees meer | 
                 
                
                
                | 
             
            
              |   | 
             
            
              |   | 
             
            
              |   | 
             
            
              |   | 
             
            
               
               | 
             
            
                | 
             
            | 
         
        | 
    
    
      | -Grafiek en/of kaartje naar T.M.J .Peeters et al.. Waarneming.nl. en anderen.-  | 
    
    
      | Vrouwtje: 
        kop zwart, met rood gekleurde delen;  antenne rood, aan de bovenkant donkerder;  gewoonlijk labrum zwart;  kop en bovenkant borststuk kort roodbruin  behaard, gezicht sneeuwwit behaard;  zijkant borststuk met opvallende, witte  haarvlekken; borststuk zwart en  met rood  delen; achterlijf rood;  1e tergiet  en  vaak meer tergieten aan
      de basis zwart; 2e en 3e tergiet  vaak met kleine, gele zijvlekken; poten rood; lengte 5-7 mm. | 
    
    
      | Mannetje:      kop zwart met gele delen;  antenne rood, aan de bovenkant sterk  verdonkerd; scapus vaak geheel zwart; labrum meestal zwart; kop en borststuk  dicht en grof gepunteerd;  van boven lang  bruingrijs behaard, gezicht en zijkant borststuk wit behaard;  borststuk grotendeels zwart;  achterlijf bruinrood, vooraan en achteraan  zwart;  2e en 3  vaak met kleine, gele zijvlekken ; lengte 5-7 mm. | 
    
    
      | Vliegperiode: april - juli (maart -september) | 
    
    
      | Milieu: in stedelijk gebied onder meer in randen van beplantingen,  in bermen en greppels  | 
    
    
      Bloembezoek 
       Zelf verzameld op fluitenkruid en paardenbloem. verder gewone ereprijs, klein hoefblad, kool, madeliefje, peen, sleedoorn, voorjaarsganzerik, (Voornamelijk J.Smit, 2012, Westerich, 1989). | 
    
    
      | Voorkomen in Nederland: vrij algemeen in de oostelijke helft van het land. | 
    
    
      | Koekoeksbijen - gastheren zijn onder meer gewone dwergzandbij, witkopdwergzandbij, halfgladde dwergzandbij | 
    
    
      |   | 
    
    
      |  Zwartsprietwespbij - Nomada flavoguttata  | 
      Terug | 
    
    
        | 
    
    
      |   | 
    
    
    
      |  Zwartsprietwespbij - Nomada flavoguttata - | 
      Terug | 
    
    
        | 
    
    
      |   | 
    
    
      |   |