|
Duinmaskerbij
Hylaeus annularis |
1e segment duidelijk gepunteerd, glad en glanzend |
Lengte: vr & m 5- ca. 6 mm |
Lees meer |
|
|
|
|
|
|
|
-Grafiek en kaartje naar T.M.J .Peeters et al. |
Duinmaskerbij - Hylaeus annularis staat in de meeste literatuur nog hylaeus spilotus. |
1e tergiet opzij zonder haarfranjes (zeer ijle haarbandjes, haarvlekken); 1e segment duidelijk gepunteerd, glad en glanzend; lengte: 5-6 mm |
Vrouwtje: mesoscutum glad en glanzend; gezichtsvlekken klein (even lang als breed); bovenkaak met 3 tanden. Lijkt sterk op H. annularis, maar door haar glans en sterke punctering en gladde punttussenruimte daar goed van te onderscheiden. |
Mannetje: scapus sterk verbreed, (niet ruit- of ovaalvormig); sternieten. |
Hoofdvliegperiode: begin juni - augustus. |
Habitat: door H.Wiering relatief veel verzameld in de duinen bij Bergen (Verbrande Pan tussen bergen en Egmond aan Zee). In de collectie van het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden (Naturalis) trof in 1980 vangsten aan van de omgeving van Zandvoort aan Zee verzameld einde van de 19e eeuw. Ik was toen zeer benieuwd of deze soort daar nog steeds voorkwam. De resultaten waar zeer positief. Na ruim tachtig jaar kwam duinmaskerbij nog steeds (talrijk voor) ik trof hem aan langs paden, op de parkeerplaats en in de duinen zelf, maar alleen op wilde reseda. |
Nesten: in de stengels van braam, kruisdistel
(Eryngium campestre) en wijnstok (Janvier, 1972). Zelf verzameld in de Kennemerduinen bij vlier met veel afgestorven holle takken (de andere planten waren hier niet in de omgeving); een indicatie dat afgestorven, mergloze takken een nestplaatsen zouden kunnen zijn. |
Bloembezoek
In Nederland op de volgende planten verzameld: wilde reseda, slangenkruid, gewoon duizendblad en
muurpeper.(zie ook litearuur onderzoek Koster, 1986). |
Voorkomen in Nederland: In Nederland komt de soort voor in het duingebied tussen Bergen en Katwijk aan Zee
(een gebied met zachte winters en met het hoogste aantal zonuren in
de zomer). Het is opmerkelijk dat zij tot dit gedeelte van de duinen is beperkt. Verder ook zeer zeldzaanm in Zeeuws Vlaanderen.
. In 1980 - 1982 plaatselijk talrijk op wilde reseda in de Kennermerduinen. |
Bron nesten: Janvier, H., 1972. Note sur les Hylaeus de l'île d'Oléron, avec la description d'une espèce
nouvelle (Hym. Apidae). — Entomologiste 28: 107- 114.
|
|
Hylaeus annularis (vr) |
Terug |
|
|
Hylaeus annularis (vr) - |
Terug |
|
|
Hylaeus annularis |
Terug naar tekst |
|
|
punctering |
|
|
1e tergiet H.spilotus:vrij grof en tussenruimte glad. |
1 tergiet H.annularis: punctering fijn en tussenruimte zeer fijn netvorming gerimpeld. |
|
|
Hylaeus annularis |
Terug naar tekst |
|
|
|