|
|||||||||||||
Grafiek en kaartje naar T.M.J .Peeters et al.- | |||||||||||||
Vrouwtje: haarbanden einde tergieten smal en punctering eerste tergieten onregelmatig en minder duidelijk in vergelijking met H. scabiosae. Lengte 14-15 mm. | |||||||||||||
Mannetje: antenne bruinachtig/geelbruin de 3 laatste antenne leden zwart. Lengte | |||||||||||||
Vliegperiode: vliegt in 2 generaties: half mei- half september zie samenvatting. | |||||||||||||
Nesten: in de grond. | |||||||||||||
Bloembezoek Beemdkroon, blauwe knoop, echt bitterkruid, knoopkruid, speerdistel, gewoon biggenkruid, vertakte leeuwentand, wilde cichorei, paardenbloem (Westrich, 2018). |
|||||||||||||
Voorkomen in Nederland: zeer zeldzaam voornamelijk in Limburg. | |||||||||||||
Koekoeksbijen: Sphecodes gibbus | |||||||||||||
Samenvatting Peeters, T.M.J., Raemakers, I. P., Smit, Jan: De soort is in Nederland beperkt tot het zuidoosten. Vroeger werd deze opvallende groetbij regelmatig aangetroffen in Limburg en Noord-Brabant. De meest noordelijke vondst in ons land is van Hulshorst (1949). De meest recente melding is een mannetje bij het Kannerbos op 25 augustus 1986. H. sexcinctus is een solitair levende, polylectische soort, die bij voorkeur op composieten (Asteraceae) vliegt. Ze graaft haar nest in de grond. Soms maken verschillende vrouwtjes gebruik van dezelfde nestingang. De nesten bestaan uit een hoofdgang met korte zijgangen die elk eindigen in één broedcel. In het voorjaar verschijnen de bevruchte vrouwtjes, die de nestbouw verzorgen. In de zomer komt de volgende generatie, waarvan alleen de bevruchte vrouwtjes overwinteren. |
|||||||||||||
-- | |||||||||||||
Zesbandgroefbij - Halictus sexcinctus | Terug | ||||||||||||
Zesbandgroefbij - Halictus sexcinctus (m) (foto Cor Zonneveld) | Terug | ||||||||||||
Zesbandgroefbij - Halictus sexcinctus(vr) (foto Wikepedia commons) | Terug | ||||||||||||
Zesbandgroefbij - Halictus sexcinctus(vr) (foto Wikepedia commons) | Terug | ||||||||||||