Agapanthus - Agapanthus campanulatus --
Agapanthusfamilie - Agapanthaceae; voorheen Leliefamilie - liliaceae
|
Drachtplant, hommelplant, vlinderplant. |
|
Een overblijvende kuipplant |
Bloeiperiode: juli-augustus |
Bloem: kroonbladachtige bloembladen 6, meeldraden 6, stijl met 3 stempels bloem blauw (vele cultuurvormen variërend van wit tot donker blauw); bloeiwijze een scherm en zeer lang gesteeld |
Blad: blad lang en lint-/lancetvormig. In het begin met een rozetvormige groeiwijze |
Vrucht: doosvrucht |
Overige: zeer compacte groeiwijze |
Hoogte: 0,8-1.3 |
Opmerking: van Agapanthus bestaan honderden soorten en cultuurvariëteiten. De meeste hiervan worden bezocht door honingbijen |
|
Milieu en groeiplaats: vochtig, voedselrijke, leemhoudende bodems; verdraagt geen matige en strenge winters; zon. |
Herkomst: Zuid-Afrika |
Toepassing: als kuipplant en in de volle grond tuinen, balkons, daktuinen, plantenbakken openbare ruimte. |
Beheer: in de vollegrond in de winter afdekken met dikke laag stro. Is zeer gevoelig voor natte, vooral winternatte bodems. In droge periodes 1 x per week water geven. Potten of kuip bij strengere vorst afdekken of naar binnen halen. kan enkele dagen tot ca. 5 graden vorst verdragen; Vooral in poten vraagt de plant voor de bloei een stikstof achtige bemesting. De plant komt pas goed tot zijn recht in een pot van ca. 40 cm Ø. |
Wilde solitaire bijen: nog niet waargenomen. |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 3. |
|
Overzicht |
|
|
Agapanthus in de volle grond |
|
|
Agapanthus (blauw) op de Hessenhof te Lunteren |
|
|
Fragment bloeiwijze |
|
|
Honingbijen verzamelen stuifmeel |
|
|
Honingbijen verzamelen stuifmeel |
|
|
|
Honingbijen verzamelen nectar |
|
|
Honingbijen verzamelen nectar |
|
|
Een hommel |
|
|
Een hommel |
|
|
Citroenvlinder |
|
|
Citroenvlinder |
|
|
Klein geaderd witje |
|
|
Klein geaderd witje |
|
|