Vederesdoorn - Acer negundo --
Zeepboomfamilie - Sapindaceae: voorheen Esdoornfamilie - Aceraceae |
Soms een drachtplant |
|
Een boom |
Bloeiperiode: maart - april |
Bloem: bloemen voor de bladen verschijnend, groenachtig, geen kroonbladen, tweehuizig, bloeiwijze een bundelachtige tros, bloemen dun, draadachtig gesteeld |
Blad: oneven geveerd met 3of 5 blaadjes, bladtop toegespitst, bladrand onregelmatig gezaagd, herfstkleur geel |
Vrucht: vleugels smal en in een scherpe hoek, blijven veel langer aan de boom hangen dan bij andere soorten |
hout: schors grijs en licht gegroefd1- en 2-jarige twijgen groen, jonge twijgen licht berijpt |
Hoogte: tot 15 (20)m |
|
|
Milieu en groeiplaats: vochthoudende tot zeer vochtige, matig voedselrijke, zwak zure tot neutrale bodems; natte bossen in het rivierengebied, kribben, op overhoeken in de stad, spoorwegterreinen; zon-tijdelijk beschaduwd. |
Herkomst en verspreiding in Nederland: Noord-Amerika: steeds meer verwilderd en aan het inburgeren; aanvankelijk langs de Rijn en de Waal, maar komt ook steeds meer in het stedelijk gebied voor. |
Toepassing: tuinen, parken openbaar groen. (meestal wordt in tuinen een bonte cultivar aangeplant). |
Beheer: eventueel verjongingssnoei. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen. |
Dracht: nectar en geel stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1 (0?). (op de bonte cultivar geen bijen waargenomen); lijkt in Zuid-Frankrijk drukker bezocht te worden; daar 1x waargenomen. |
|
Plaat ( bron plaat Johan Carl Kraus) |
|
|
Boom (A. negundo 'Variegatum') |
|
Blad |
|
|
Bloeiwijze (links vrouwelijke bloem, rechts mannelijke bloemen) |
|
|
Vruchten |
|
|
Fragment van een bonte cultivar van vederesdoorn |
|
|
Vruchten van vederesdoorn in eind oktober |
|
|