Koningskaars - Verbascum thapsus
Helmkruidfamilie - Scrophulariaceae |
| Hommelplant, drachtplant |
 |
Een tweejarige plant |
| Bloeiperiode: juli -september |
| Bloem: geel, bloeiwijze in kluwens aarachtig gegroepeerd; de drie bovenste meeldraden sterk behaard; stempel knopvormig. |
| Blad: dicht wollig behaard, langwerpig tot eirond, bladrand zwak gekarteld; stengelbladen naar de voet geleidelijk versmald in twee brede lijsten, die zich voortzetten tot het vorige blad; blad lengte tot ca. 35-40 cm |
| Vrucht: doosvrucht |
| Hoogte: 0,8-2,0 |
| |
| |
| |
|
| Milieu en groeiplaats: droge, schrale tot matig voedselrijke, veelal kalkhoudende bodems; op open gronden; in de duinen, zandafgravingen, op spoorweg-, industrie- en haventerreinen, op halfverhardingen en tussen het plaveisel; zon. |
| Verspreiding in Nederland: van nature in hoofdzaak in het duingebied; verder door het hele land op spoorwegterreinen en in veel steden in de bebouwde kom. |
| Toepassing: tuinen, geveltuinen |
| Beheer: bodem open houden |
| Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
| Dracht: stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 1. |
| |
| Plaat (Bron: Flora Batavia Jan Kops et al.) |
 |
| |
| Platen - (bron links: Flora Danica, Georg Christian Oeder et al.; rechts: Carl Axel Magnus Lindman: Bilder ur Nordens Flora ) |
|
| |
| Bloem |
 |
| |
| Stempel knopvormig |
 |
| |
| Koningskaars op een spoorwegemplacement in Midden-Limburg (ca. 1986) |
 |
| |