Stalkaars - Verbascum densiflorum
Helmkruidfamilie - Scrophulariaceae |
Hommelplant, drachtplant. |
|
Een tweejarige plant |
Bloeiperiode: juli-oktober |
Bloem: geel, stempel langs de stijl aflopend, min of meer spatelvormig; bloeiwijze in kluwens die aarachtige zijn gegroepeerd |
Blad: langwerpig en wollig behaard. |
Vrucht: doosvrucht |
Overige: stengelbladeren lopen af tot het voorafgaande blad. |
Hoogte: 0,8-2,5 m |
Opmerking: rozetplant |
|
|
|
|
Milieu en standplaats: droge, schrale, veelal kalkhoudende, zandige bodems; op open plaatsen; in de duinen, op spoorweg-, haven- en industrieterreinen, in zandafgravingen, op braakliggende terreinen, halfverhardingen en tussen het plaveisel; zon. |
Verspreiding in Nederland: in hoofdzaak in het duin- en rivierengebied; verder in veel steden en grotere gemeenten verwilderd aanwezig |
Toepassing: tuinen, tegel- en geveltuinen, uit gezaaid nieuwe stadsbermen in bloemenmengsels; op allerlei open gronden en plekken o.m stadsplantsoenen. Bladrozetten kunnen ca. 70 cm doorsnee worden. Zeer gevoelig voor licht- en ruimteconcurrentie. |
Beheer: boden open houden. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen. |
Dracht: oranje stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 3. |
|
Stalkaars: in een duinvegetatie (links), in een berm (rechts) |
Terug |
|
|
Bloeiwijze en bloem met wollig behaarde meeldraden |
Terug |
|
|
Rozetten in de duinen |
|
|
Een rozet |
|
|
Stengelbladen (tot het volgend) blad aflopend |
|
|
|
|
Spoorwegemplacement Elst (Betuwe) in 1989 |
Terug |
|
|
Een plantsoen in Ede -- |
Terug |
|
|
Een afscheidingsstrook in Ede |
Terug |
|
|
Honingbij met oranje stuifmeel---- |
Terug |
|
|
Honingbij met oranje stuifmeel--- |
Terug |
|
|
Honingbij met oranje stuifmeel |
Terug |
|
|