Groot blaasjeskruid - Utricularia vulgaris
Blaasjeskruidfamilie - Lentibulariaceae
Hommelplant, (drachtplant)
Een overblijvende waterplant
Bloeiperiode: juni - september
Bloem: geel, met een oranje gestreept gehemelte
Blad: bladen veerdelig, bladslippen draadvormig
Vrucht: een doosvrucht
Overige: in het water zwevende plant met weinig concurrentiekracht; komt soms dominant voor
Hoogte: 05-0,2 m. boven water,0,3-2,0 m onder water
 
 
 
 
Milieu: matig voedselrijk, maar weinig of niet verontreinigd water met een modderlaag op de bodem; diepte ca. 05-2m, vaak boven een klei of veenbodems; in sloten, plassen, spoorsloten en wateren binnen de bebouwde kom; zon - licht beschaduwd.
Verspreiding in Nederland: vrij algemeen tot zeldzaam in het laagveen- en rivierengebied.
Toepassing: eventueel in tuinvijvers.
Beheer: water nu en dan schonen; de plant moet tamelijk vrij kunnen groeien.
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1. (al jaren niet meer waargenomen)
 
Platen - (bron links: O.W. Thomé Flora von Deutschland, Österreich und der Schweiz; rechts: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm)
 
Platen - (bron: Flora Batavia Jan Kops et al.;)
 
Bloeiwijze
 
Een poel in Arnhem-Zuid (1995)
 
Fragment