Tilia- Linde
Kaasjekruidfamilie Mavaceae; voorheen Lindenfamilie - Tiliaceae
Drachtplant, hommelplant, bijenplant, vlinderplant
Bomen
Bloeiperiode: juni - juli
Bloem: geelgroen, bloeiwijze een tuil
Blad: vaak hartvormig
Opmerking: Voorlopige pagina.
Linde behoort  de belangrijkste drachtplanten  voor honingbijen. De voornaamste inhemse soorten zijn: winterlinde ( Tilia cordata) ,  Zomerlinde (Tilia platyphyllos),  Hollandse linde (Tilia x europaea)
Uithemse soorten: Zilverlinde  ( Tilia tomentosa),  Amerikaanse linde ( Tilia americana)
 
 
Winterlinde - Tilia cordata
Boom. Bloeit in juni-juli.
Kenmerken: bloem geelgroen, bloeiwijze. 3-8 bloemen per tuil, blad hartvormig en klein 3-6 cm, onderkant blauwgroen; tot 35,0 m hoog.
Milieu: vochtige voedselrijke, zwak zure tot licht kalkhoudende humeuze bodems; zon-tb.
Verspreiding in Nederland: vrij zeldzaam in Zuid-Limburg, het Oosten van het land en in het Rivierengebied; vaak aangeplant.
Fauna: hommels, honingbijen, wilde solitaire bijen, vlinders.
Toepassing: parken, grote tuinen, laanboom.
Beheer: indien nodig nu en dan de kruin uitdunnen.
Wilde solitaire bijen: zandbijen (Andrena)
Dracht: nectar en geelgroen stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 5 (rwn 4-6, rwp 2-4)
 
Zomerlinde - Tilia platyphyllos
Boom. Bloeit in juni-juli.
Kenmerken: bloem geelgroen, bloeiwijze 2-5 bloemen per tuil, blad 6-12 cm; tot 30,0 hoog.
Milieu: vochtige voedselrijke, zwak zure tot licht kalkhoudende humeuze bodems; zon-tb.
Verspreiding in Nederland: Midden- en Zuid-Europa, mogelijk wild in Nederland; vrij zeldzaam in Zuid-Limburg en het Oosten van het land; vaak aangeplant
Fauna: hommels, honingbijen, wilde solitaire bijen, vlinders.
Toepassing: parken, grote tuinen, laanboom.
Beheer: indien nodig nu en dan de kruin uitdunnen.
Wilde solitaire bijen: zandbijen (Andrena)
Dracht: nectar en geelgroen stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 5.
 
Hollandse linde - Tilia x europaea
Boom. Bloeit in juni-juli.
Kenmerken: bloem geelgroen, bloeiwijze 3-10 bloemen per tuil, blad hartvormig 5-12 cm en vrijwel kaal; een kruising van T.cordata en T.platyphyllos; tot 35,0 m hoog.
Milieu: vochtige voedselrijke, zwak zure tot licht kalkhoudende humeuze bodems; zon-tb.
Verspreiding in Nederland: vrij zeldzaam in Zuid-Limburg, het oosten van het land en in het rivierengebied; vaak aangeplant.
Fauna: hommels, honingbijen, wilde solitaire bijen.
Toepassing: parken, grote tuinen, laanboom.
Beheer: indien nodig nu en dan de kruin uitdunnen.
Wilde solitaire bijen: zandbijen (Andrena)
Dracht:nectar en geelgroen stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 5.

Zilverlinde - Tilia tomentosa
Boom. Bloeit half/eind juli-begin augustus.
Kenmerken: bloem bleek geel, bloeiwijze 4-7 bloemen per tuil; blad 5-12 cm, onderkant witviltig door een dichte sterachtige beharing; tot 25,0 m hoog.
Milieu: vochtige voedselrijke, zwak zure tot licht kalkhoudende humeuze bodems; zon-tb.
Herkomst: Zuidoost-Europa een aangrenzend Azië; vaak aangeplant.
Fauna: honingbijen, hommels, wilde bijen?
Toepassing: worden veel als laanboom aangeplant verder ook in parken. Heeft in tegenstelling met de andere hier genoemde linde weinig last van bladluis en het daarmee samenhangende druipen van honingdauw.
Beheer: indien nodig nu en dan de kruin uitdunnen.
Wilde solitaire bijen: ?
Dracht: nectar en licht geel/groengeel stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 5.

Opmerking: zilverlinden staat internationaal ter discussie wegens opvallende hommelsterfte. De aanwijzingen daartoe zijn sterk (Baal, 1994; Chevallerie, 1986; Donath, 1989; Muehlen, 1994; Surholt, 1995 ).
Onder zilverlinde worden vaak dode hommels waargenomen. Aanvankelijk dacht men dat dit kwam door giftige honing, veroorzaakt door het voor insecten giftige Mannose bevattende nectar. Onderzoek van Surholt (1992) heeft uitgewezen dat dit niet door giftige nectar werd veroorzaakt, maar door voedselconcurrentie. De zilverlindes die werden onderzocht trokken grote hoeveelheden insecten aan waardoor voedselconcurrentie ontstond. Bijen die nog zo weinig fitaal waren dat ze geen kans meer hadden op te overleven, werden weer fitaal na bijvoeren met lindennectar. (Het is zeer de vraag of het laatste woord hierover gezegd is>)
Baal, T., B. Denker, W. Mühlen & B. Surholt (1994). Die Ursachen des Massensterbens von Hummeln unter spätblühenden Linden. Natur und Landschaft 69 (9): 412-418.
Donath, H. (1989). Vergiftigun von Insekten durch den Blütenbesuch an fremdländischen Lindenarten in der DDR. Entomologische Nachrichten und Berichten 33: 111-116.
Entmann, K.J. (1990). Unterscheidung Giftigheid von Sippen der Gattung Linde (Tilia) für Hummeln und andere blütenbesuchender Insekten. Entomologische Nachrichten und Berichten 34: 155-158.
Mühlen, W., V. Riedel, T. Baal & B. Surholt (1994). Insektensterben unter blühenden Linden, Natur und Landschaft 69 (3): 95-100.
Surholt, B., B. Denker, T. Baal & W. Mühlen (1992). Ist Silberlindennektar giftig für Hummeln? Ein Video-Prortokoll von Freilandexperimenten. Apidologie 23: 335-337.
Surholt B. & T. Baal (1995). Die bedeutung blühender Silberlinden für Insekten im Hochsommer. Natur und Landschaft 70 (6): 252-258.
Wasner, U. (1990). Nochmals Hummelsterben unter spätblühenden Linden. LÖLF-Mitteilungen 3/90: 43-47.
Zucchi, H. (1996). Ist die Silberlinde rehabilitiert? Zur Diskussion um das Hummelsterben an spätblühenden Linden. Natur und Landschaft 71 (2): 47-50.
 
Amerikaanse linde - Tilia americana
Boom. Bloeit half juli-begin augustus.
Kenmerken: bloem geelgroen, bloeiwijze 6-16 bloemen per tuil, blad groot 10-20 cm, blad kaal en voet opvallend scheef; tot 20,0 m hoog.
Milieu: vochtige voedselrijke, zwak zure tot licht kalkhoudende humeuze bodems; zon-tb.
Herkomst: Midden en Noord-Amerika.
Fauna: hommels, honingbijen.
Toepassing: een parkboom die weinig wordt aangeplant. De culitvars 'Nova' en 'Redmond' worden ook als straat en laanboom toegepast. De 'Nova'heeft veel en 'Redmond' heeft weinig last van bladluis.
Beheer: indien nodig nu en dan de kruin uitdunnen.
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen.
Dracht: nectar en licht geel/groengeel stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 5.
 
Bloem zomerlinde Terug
 
Plaat winterlinde - (bron plaat: Franz Eugen Köhler, Köhler's Medizinal-Pflanzen) Terug
 
Plaat winterlinde - (bron Links: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm; rechts: Flora Batava, Jan Kops en F. W. van Eeden) Terug
 
Plaat zomerrlinde - Hempel, Gustav & Karl Wilhelm: Die Bäume und Sträucher des Waldes in botanischer und forstwirthschaftlicher Beziehung) Terug
 
BLad zomerrlinde Terug
 
Hollandse linde; meestal worden er cultivars van deze boom aangeplant Terug
 
Hollandse linde fragment boom Terug
 
Linden langs een kanaal door Veenendaal Terug
 
Linden langs een oprijlaan van Castle Howard Terug
 
Honingbijen Terug
 
Honingbijen Terug
 
Steenhommel Terug