Sering - Syringa vulgaris
Olijffamilie - Oleaceae |
(Bijenplant, drachtplant, vlinderplant) |
|
Een heester |
Bloeiperiode: mei-juni |
Bloem: paars tot wit (cultivars met alle tinten tussen wit en paars), bloeiwijze een tot ca. 15 (20cm) pluim |
Blad: kaal en tegenoverstaand, eirond, aan de top kort toegespitst en met een brede hartvormige tot wigvormige voet. |
Vrucht: doosvrucht |
Hoogte: 2- 5 (6) m |
|
|
|
|
|
|
Milieu: enigszins vochtige tot vochthoudende, min of meer voedselrijke, humushoudende bodems; vaak ook op droge bodems, maar gaat waarschijnlijk ten koste van de nectarafscheiding; op veel plaatsen verwilderd of nog meer als relicten van tuinen waarvan de huizen of gebouwen zijn afgebroken zoals tuinen van voormalige boerderijen, spoorweghuisjes, boswachterswoningen, verlaten spoorwegtuinen langs het spoor; etc. |
Herkomst en verspreiding in Nederland: Midden- en Zuidoost Europa; in Nederland verwilderd en vrij algemeen; ook verwilderd in duingebied; meestal verwildering via wortelopslag. |
Fauna: sering lijkt alleen ecologisch te functioneren al hij niet te droog staat en bij vrij zwoel weer. Meestal geeft sering, vooral cultivars een vrij steriele indruk. Dit geldt nog veel meer voor dubbelbloemige soorten. Vermoedelijk is de combinatie van een relatief lange bloembuis en geringe nectarafscheiding de oorzaak van geen of zeer gering bijenbezoek. Op dit punt heeft sering veel gemeen met vlinderstruik. |
Toepassing: tuinen, parken, landgoederen. Opmerking: om bijen te lokken is deze heester een niet voor de hand liggende keuze! Seringen worden geplant voor de bloem en de geur. Als er dan ook nog eens een bij of een vlinder op komt is dat een verrassing. |
Beheer: eventueel verjongingssnoei en vormsnoei, wortelopslag steeds verwijderen, maar is bij de botanische soort niet strikt noodzakelijk. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
Dracht: nectar. Indicatie voor dracht: code Hb0-1. Zelf nooit meer dan 5-10 bijen op een heester gezien, maar dat kan bij een bijenstal anders zijn. |
|
Plaat - (Bron links: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm; recht wikipedia) |
|
|
Heester |
|
|
Fragment heester; half uitgebloeit en verregend |
|
|
Bloeiwijze |
|
|
Honingbij op weg; het stuifmeel komt van een andere plant |
|
|
Honingbij zuigt nectar |
|
|
Rosse metselbij zuigt nectar |
|
|
Koolwitje |
|
|
Klein geaderdwitje |
|
|
Atalanta boven in de heester |
|
|
Een zweefvlieg |
|
|