Blauwe smeerwortel - Symphytum azureum
Ruwbladigenfamilie - Borginaceae |
Bijenplant, hommelplant, drachtplant |
|
Een overblijvende (vaste) plant |
Bloeiperiode:mei-juli |
Bloem: bloem blauw, bloemkroon buisvormig, helmknopen ingesloten, bloeiwijze een schicht |
Blad: langwerpig en ongesteeld; bovenste langwerpig en gesteeld. |
Vrucht: splitvrucht |
Overige: vrij lange worteluitlopers |
Hoogte: 0,6 m |
|
|
|
|
|
Milieu en groeiplaats: vochthoudende voedselrijke grond, zonnig tot halfbeschaduwd |
Herkomst: euroaziatische soort. |
Fauna: hommels, solitaire bijen. |
Toepassing: tuinen, openbaar groen, boomspiegels, tegel en geveltuinen. |
Beheer: kan gaan woekeren, maar dat is de juiste plaatsen, vooral in openbaar groen, geen probleem. In tuin is hij gemakkelijk binnen de perken te houden. Moet als vaste plant worden beheerd. |
Wilde solitaire bijen: gewone sachembij (Anthophora plumipes), rosse metselbij (Osmia bicornus) |
Dracht: Honingbijen breken in of maken gebruik van de gaten die hommels al hebben gemaakt |
|
Plant |
|
|
Fragment |
|
|
Bloeiwijze een schicht |
|
|
Bloemen |
|
|
Toepassing in de gemeente Veenendaal |
|
|
Honingbijen breken in |
|
|
|
|
|
|
Rosse metselbij breekt in/maakt gebruik van de bestaande gaten |
|
|