Gerande schijnspurrie - Spergularia medium
Anjerfamilie- Caryophyllaceae
Hommelplant, drachtplant
Een overblijvende plant
Bloeiperiode: jun - oktober
Bloem: bleek roze; kelkbladen met vliezige rand
Blad: vlezig, lijnvormig en aan de top met een stekelpuntje.
Vrucht: driekleppige doosvrucht
Overige: oudere planten hebben een dikke, houtige penwortel en zijn houtig aan de voet
Hoogte/ lengte: 0,05-0,5m
 
 
 
 
 
Milieu en groeiplaats:  natte, zilte grond zandige tot kleiig grond. Op kwelders schorren en slikken; zeedijken, paden langs de wadden zee, graslanden (kwelderweiden)
Verspreiding in Nederland:  Algemeen in het Waddengebied, en langs de kust in Zuidwest Nederland.
Toepassing: niet bekend
Beheer: niet van toepassing
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen
Dracht: (nectar?) en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 3.
 
Plaat - (Bron: Flora Batavia Jan Kops et al.)
 
Plaat - (Flora Danica, Georg Christian Oeder et al)
 
Plaat - (Carl Axel Magnus Lindman: Bilder ur Nordens Flora)
 
Plant op een zeedijk
 
Plant op een zeedijk
 
Bloem
 
Bloem en kelkbladen
 
Kelkblad met vliezige rand
 
Kelkbladen en meeldraden
 
Bloemknoppen
 
Plant in een brak grasland
 
Plant in een brak grasland
 
Honingbij
 
Honingbij