Gewone melkdistel - Sonchus oleraceus
Composietenfamilie - Asteraceae |
Drachtplant |
|
Een eenjarige plant |
Bloeiperiode: juni - oktober |
Bloem: geel, bloeiwijze een tuil |
Blad: langwerpig tot eirond, bladrand vrij vlak en met driehoekige tanden met zwakke stekeltjes |
Vrucht: een nootje |
Hoogte: 0,3-1,3 m |
|
|
|
|
|
|
|
|
Milieu en groeiplaats: vochtige, zeer voedselrijke bodems; op open gronden; in akkers, op allerlei braakliggende terreinen en rommelhoekjes binnen en buiten de bebouwde kom, in stadsplantsoenen, onder heggen, in boomspiegels, op halfverhardingen, tussen het plaveisel, tegen muren en straatmeubilair; zon-tb. |
Verspreiding in Nederland: algemeen |
Toepassing: geen |
Beheer: niet nodig |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 1 |
|
Platen - (bron links: Carl Axel Magnus Lindman: Bilder ur Nordens Flora; rechts: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm) |
|
|
Bloem en bloeiwijze |
|
|
Hoofdje/bloem |
|
|
Blad |
|
|
Een groefbij (Halictus) |
|
|
Een zandbij |
|
|