Griekse malva-- -Sidalcea malviflora
Kaasjeskruidfamilie - Malvaceae
Drachtplant.
Een overblijvende (vaste)plant
Bloeiperiode: juni - augustus
Bloem: roze-lilaroze, rand van de kroonbladen vaak getand tot vrij diep ingesneden, bloeiwijze. recht opstaande pluimachtige en aarvormige tros
Blad: wortelbladen rond met gekartelde tot getande randen; stengelbladen 5 delig en met lijnvormige slippen
Vrucht: gladde spitvruchten
Overige: plant met opgaande stengels; bladen en stengels bezet met min of meer stervormige haren
Hoogte: 0,8-1,2. m
 
 
Milieu: vochtige, matig voedselrijke, humushoudende, zandige tot zavelige bodems; zon-tijdelijk beschaduwd
Herkomst: Mexico, zuidoostelijk Verenigde Staten
Toepassing: tuinen.
Beheer: als vaste plant beheren.
Wilde solitaire bijen: onder meer groefbijen (Lassioglossum). Meer info: www.denederlandsebijen.nl
Dracht: nectar en wit stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 3.
 
Plant
 
Bloeiwijze
 
Honingbij
 
Honingbij