Klein kruiskruid - Senecio vulgaris
Composietenfamilie - Asteraceae |
Bijenplant, drachtplant |
|
Een eenjarige plant |
Bloeiperiode: bloeit buiten de vorstperiode het jaar door |
Bloem: geel, bloeiwijze een tuil |
Blad:
langwerpig, veerdelig ingesneden en meestal min of meer gekroest; de onderste bladen naar de voet steelvormig versmald.
|
Vrucht: een nootje |
Hoogte: 0,1-0,5 |
Opmerking:
Foto links: Wikipedia commons |
|
|
|
|
|
Milieu en groeiplaats: Vochtige tot droge, voedselrijke, humushoudende bodems; op alle open plaatsen als akkers, tuinen, stadsplantsoenen, boomspiegels, halfverhardingen, tussen het plaveisel en op sterk verweerde muren; zon-lichte schaduw. |
Verspreiding in Nederland: zeer algemeen. |
Toepassing: geen. |
Beheer: niet van toepassing; groeit op alle open voedselrijke gronden. |
Wilde solitaire bijen: |
|
Grasbij |
Andrena flavipes |
|
|
Gewone geurgroefbij |
Lasioglossum caceatum |
|
|
Dracht: nectar en geelachtig stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 1. |
|
Platen - (bron links: Flora Batava Jan Kops et al.; rechts: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm) |
|
|
Platen - (bron links: O.W. Thomé Flora von Deutschland, Österreich und der Schweiz; rechts: Carl Axel Magnus Lindman: Bilder ur Nordens Flora) |
|
|
Gewone geurgroefbij |
|
|