Rode ribes - Ribes sanguineum
Ribesfamilie - Grossulariaceae |
Bijenplant, hommelplant, drachtplant. |
|
Een heester |
Bloeiperiode: april-mei |
Bloem: purperrood-roze. buis-klokvormig; bloeiwijze een hangende tros, tros klierachtig behaard |
Blad: 3-5-lobbig |
Vrucht: bessen blauwzwart |
Hoogte: 2m |
|
|
|
|
|
|
|
|
Milieu: vochtige, matig zwak zure tot licht kalkhoudende voedselrijke bodems; zon-licht beschaduw |
Herkomst: westelijk Noord-Amerika; verwilderd in Nederland. Veel als solitaire heester aangeplant, vooral in tuinen. |
Toepassing: tuinen, parken, openbaar groen. |
Beheer: bovenstaande heesters bloeien op overjarig (2-jarig) hout. + H2j; als bessen geen rolspelen kan er na de bloei worden gesnoeid; verjongingssnoei kan ook in het winter seizoen. |
Wilde solitaire bijen: Roze metselbij (Osmia rufa); zandbijen (Vosje = Andrena fulva, A. nitida, A. haemorrhoa). |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 3.(rwp 1, rwn3). |
|
|
Bloeiwijze en blad - |
Terug |
|
|
Bloeiwijze |
Terug |
|
|
Heester in voortuin - |
Terug |
|
|
Fragment |
Terug |
|
|
Vosje (Andrena fulva) - |
Terug |
|
|
Vosje |
Terug |
|
|
Steenhommel - |
Terug |
|
|
Steenhommel |
Terug |
|
|