Azijnboom - Rhus typhina
Pruikenboomfamilie - Anacardiaceae - R.glabra |
Drachtplant |
|
Een heester |
Bloeiperiode: juni-juli |
Bloem: plant tweehuizig; mannelijke bloemen groenachtig, vrouwelijke geelwit; bloeiwijze een dichte pluim; de vrouwelijke pluimen worden donkerrood in het vruchtstadium |
Blad: bladen geveerd; herfstkleur geelrood |
Vrucht: een steenvrucht? |
Overige: twijgen dicht en zacht behaard; takken scheiden wit melksap af bij beschadiging. |
Hoogte: Tot ca. 6 m |
Opmerking: bloeit op overjarig hout |
|
|
|
Milieu en groeiplaats: vochtige tot vrij droge, voedselrijke tot vrij schrale, zwak zure tot kalkhoudende, bodems; zon. |
Herkomst en verspreiding in Nederland: Oostelijk Noord-Amerika; vaak verwilderd op overhoeken en ruderale plaatsen onder meer langs spoorwegen, braakliggende terreinen en oevers. |
Toepassing: In tuinen en openbaar groen, vooral in stedelijke kleinschalige beplantingen. |
Beheer: deze soort geeft veel wortelopslag, vraag om extra aandacht. Zonder beheer kan de plant zich in de loop der jaren door lange wortels sterk uitbreiden. Opslag kan in ruigten worden meegemaaid, maar kan steeds in sterke vorm terug komen. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen. |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 5. |
Azijnboom - Rhus glabra: als Fluweelboom: een dichte pluim; twijgen kaal; tot ca. 3,0 m hoog. Herkomst: Noord-Amerika, Mexico. |
|
Fluweelboom aan oever |
|
|
Detail heester |
|
|
Bloeiwijze met honingbij en blinde bij (een zweefvlieg) |
|
|
Honingbij --- |
|
|
Fluweeboom wordt druk door honingbijen bezocht - |
|
|
Fragment |
|
|
Azijnboom - Rhus glabra |
Azijnboom - Rhus glabra is een heester en drachtplant die in de periode van juni-juli bloeit. |
Kenmerken: bloem groen, bloeiwijze een dichte pluim, bloeit op eenjarig hout (maar wel als vertakking van ouder hout); herfstkleur geel- rood, twijgen kaal; tot 3 m hoog. verder als fluweelboom. |
Milieu: Vochtige tot vrij droge, voedselrijke tot vrij schrale, zwak zure tot kalkhoudende, bodems. Zon. |
Herkomst: Noord-Amerika, West-Canada. |
Fauna: honingbijen. |
Toepassing: tuinen. |
Beheer: zie bij fluweel boom |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code (vermoedelijk 3-5). |
|