Wit hoefblad- petasites albus
Composietenfamilie - Asteraceae
Bijenplant, hommelplant, drachtplant, vlinderplant
Een overblijvende (vaste) plant
Bloeiperiode: februari - maart (april)
Bloem: wit tot geelachtig, stijl ver boven de bloemen uitstekend; bloeiwijze schermvormig. bloeistengel, met bleke, smalle schutbladen (zie plaat en plant)
Blad: blad onregelmatig gelobd en getand tot ca. 0,4m breed
Vrucht: nootje
Hoogte: 0,1-0,3m hoog, groeit tijdens de zaadvorming uit tot 0,7 m hoog; blad gewoonlijk tot ca 0,2 - 0,3 m hoog( volgens de Hegi flora tot ca. 1,0 hoog onder bijzondere omstandigheden)
 
 
Milieu: vochtige tot natte, voedselrijke bodems; beschaduwd; in Nederland in parken, landgoederen, stinzen
Herkomst en verspreiding in Nederland: Midden-Europa en West-Azië, vooral als stinzenplant gebruikt.
Toepassing: parken, landgoederen, stinzen
Beheer: felle zon of te veel schaduw voorkomen.
Wilde solitaire bijen: niet genoteerd; waarschijklijk zandbijen (Andrena)
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 3.
 
 
Bloeiwijze Terug
 
Vegetatie wit hoefblad met vingerhelmbloem Terug
 
Detail vegetatie Terug
 
Vegetatie bosplantsoen Terug
 
Honingbij Terug
 
Honingbij Terug
 
Honingbij Terug