Bulgaarse ui Nectaroscordum siculum

Bulgaarse ui - Nectaroscordum siculum en N. tripetale---
Narcisfamilie - Amaryllidceae; voorheen Leliefamilie - Liliaceae

Bijenplant), hommelplant, drachtplant.

	Een bolgewas
	Bloeiperiode: rond juni
	Bloem: meerkleurig wit, met zwemen van groen, paars, roze; bloeiwijze schermvormig en een scherm per steel; bloemen hangend
	Blad: Blad langwerpig en naar de top toegespitst
	Vrucht: een doosvrucht
	Hoogte: 0,9-1,0 m

Milieu en groeiplaats: vochthoudende, matig voedselrijke bodems; is niet bestand tegen natte bodems zonnig tot tijdelijk licht beschaduwd.

Herkomst: zuidoostelijk gedeelte van Europa

Fauna: voornamelijk een hommelplant.

Toepassing: tuinen. De bollen kunnen in groepen van 10 of meer bij elkaar worden geplant (plantafstand ca. 10 cm) of solitair. Ze kunnen worden gecombineerd met andere vroegbloeiende voorjaarsbollen of knollen zoals Scilla bifolia S. siberica, vingerhelmbloem of boerenkrokus ( dus een bollen die stijf op elkaar groeien zoals narcis of boshyacint); verder ook met laagbijvende eenjarige soorten en laagblijvende niet diep wortelende of massief wortelende vaste planten.

Beheer: bollen moeten in de herfst worden geplant; de bol overwintert in de grond; plant verwilderd niet en bollen moeten om de paar jaar opnieuw worden aangeplant (gekocht) of eventueel de nieuwe bijbolletjes opnieuw opkweken.

Wilde solitaire bijen:

Tuinbladsnijder

Megachile centuncularis

Dracht: nectar. Indicatie voor dracht: code 3.

Bloeiwijze Bulgaarse ui

Plant (Bron: Watson, L., and Dallwitz, M.J. 1992 onwards. The families of flowering plants: descriptions, illustrations, identification, and information retrieval. Version: 20th May 2010.