Langbladige druifhyacint - Muscari armeniacum Aspergefamilie - Asparagaceae; voorheen Leliefamilie - Liliaceae |
|||||||||||||
Hommelplant, drachtplant. | |||||||||||||
|
|||||||||||||
Milieu: matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtig tot vrij droge, niet zure minerale bodems; in grazige begroeiingen en langs beplantingen; zon -halfschaduw |
|||||||||||||
Herkomst en verspreiding in Nederland: oorspronkelijk een soort uit Klein-Azië en Zuidoost-Europa; op veel plaatsen verwilderd; maar weinig op zeeklei- en veengebieden. | |||||||||||||
Toepassing: al vanaf de tweede helft van 19e eeuw een tuinplant; wordt vooral sinds 2010 veel in het openbaar groen aangeplant voor de voedselvoorziening voor honingbijen. |
|||||||||||||
Beheer: in beplantingen met rustlaten, grazige begroeiingen eventueel maaien nadat de bladen zijn afgestorven. | |||||||||||||
Wilde solitaire bijen: nog niet waargenomen (waarschijnlijk als bij blauwe druifjes) | |||||||||||||
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 3 (5?). | |||||||||||||
Muscari armeniacum | |||||||||||||
Lint van Langbladige druifhyacint in Veenendaal 2014 | |||||||||||||
Veenendaal | |||||||||||||
NS-Station | |||||||||||||