Dicht havikskruid - Hieracium vulgatum
Composietenfamilie - Asteraceae
Bijenplant, hommelplant, drachtplant, vlinderplant.
Een overblijvende (vaste) plant
Bloeiperiode: juni-augustus (- oktober)
Bloem: geel, bloeiwijze een losse armbloemige tuil;
Blad: blad vaak paarsrood gevlekt en met een matig tot grof getande rand
Vrucht: een nootje
Overige: rozetplant
Hoogte: 0,3-0,7m
 
 
 
 
 
 
Milieu en groeiplaats: droge tot vochthoudende, voedselarme zwak zure - kalkarme zandig en lemige bodems en stenig substraat; open grazige plaatsen langs bosranden, houtwallen, boomspiegels, spoorwegemplacementen, open stedelijke beplantingen, muren, verhardingen; licht beschaduwd.
Verspreiding in Nederland: zeldzaam, maar in steden en dorpen ook verwilderd.
Toepassing: tuinen, tegeltuinen, rotstuinen.
Beheer: houdt zich in stenige milieus vaak zelf in stand
Wilde solitaire bijen.
  Zandbijen Andrena  
  Groefbijen Lasioglossum  
  Tuinbladsnijder Megachile centuncularis  
Dracht: nectar en geel stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1.
 
Plaat (Bron: English botany; or, coloured figures of British plants by James Edward Smith. London, R. Taylor, J. Sowerby, etc., 1809, volume 29,
 
Plant dicht havikskruid
 
Bloeiwijze
 
Bladrozet op verharding
 
Muurvegetatie
 
Vruchtpluis: door dit vrucht pluis verwilderd dicht havikskruid gemakkelijk
 
Zelfs in een schaduwrijke ligusterhaag komt dicht havikskruid toch nog tot bloei
 
Detail
 
Een groefbij (Lasioglossum)
 
Een groefbij
 
Een groefbij
 
Tuinbladsnijder(v)
 
Tuinbladsnijder (m)
 
Tuinbladsnijder(m)
 
Eentuinbladsnijder (m)
 
Honingbij
 
Honingbij
 
Boomhommel
 
Een dikkopje
 
Citroenvlinder