Stinkend nieskruid - Helleborus foetidus
Ranonkelfamilie - Ranunculaceae |
Hommelplant, drachtplant. |
|
Een overblijvende (vaste) plant |
Bloeiperiode: januari - mei |
Bloem: bloembladen groen vaak met een roodachtige rand, bloeiwijze een bijscherm met 3-8 knikkende bloemen |
Blad: stengelomvattend,. handvormig gedeeld; slippen (3 tot 9) smal lancetvormige en tot 30 cm lang. |
Vrucht: kokervruchten langer dan breed |
Overige: |
Hoogte: 0,3-0,8 m |
Opmerking: bij niet te strenge winters groenblijvend |
|
|
|
|
Milieu en groeiplaats: schrale, min of meer vochtige kalkhoudende bodems; in lichte bossen en onder houtige beplantingen; halfschaduw. |
Herkomst en verspreiding in Nederland: Zuidwest-Europa plaatselijk verwilderd. |
Toepassing: tuinen. Zeer giftig. |
Beheer: als vaste plant beheren. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen |
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1. |
|
Plant |
|
|
Bloeiwijze en plant Stinkend nieskruid - Helleborus foetidus |
|
|
|
|
Bloem Stinkend nieskruid |
|
|
Kokervruchten |
|
|
Kokervruchten en bloem |
|
|
Meeldraden |
|
|
Honingbijen |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|