Aardbei - Fragaria X ananassa
Rozenfamilie - Rosaceae |
Hommelplant, drachtplant |
|
Een overblijvende (vaste) plant |
Bloeiperiode: mei- juli |
Bloem: bloem wit cultivars ook roze tot rood; bloeiwijze een bijscherm |
Blad: bladen 3-tallig; deelblaadjes niet gesteeld, bladrand spits getand |
Vrucht: een schijnvrucht met kleine groene dopvruchten; vruchten rood en sappig |
Overige: plant met lange bovengrondse uitlopers |
Hoogte: 0,15-0,3m |
|
|
|
|
|
Milieu: vochtige tot zomerdroge, matige voedselrijke, neutrale bodems; zon-licht beschaduwd. |
Herkomst: cultuurplant ontstaan door een kruising van Amerikaanse soorten F. virginiana en F. chilioensis |
Toepassing: tuinen vooral de witbloeiende planten worden voor de vruchten geteeld; de roodbloeiende kweekvormen worden vooral gebruikt als sierplant. |
Beheer: als vaste plant beheren; niet te veel bemesten en voor de vruchten om de 3-4 jaar verplanten en/of starten met nieuwe uitlopers. |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen. |
Dracht: nectar en bruingeel stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1; 3 in de buurt van bijenvolken. |
|
Plant |
|
|
Honingbijen |
|
|
|
|
|
|
Tuinaardbij: een cultivar voor de siertuin |
|
|
Bloeiwijze |
|
|
Bloem |
|
|
Blad en bloem |
|
|
Honingbij met stuifmeel |
|
|
Honingbij met stuifmeel |
|
|