Groot streepzaad - Crepis biennis-
Composietenfamilie - Asteraceae |
Bijenplant, hommelplant, drachtplant, (vlinderplant) |
|
Een tweejarige plant |
Bloeiperiode: mei-augustus |
Bloem: geel, bloeiwijze een tuil; omwindselblaadjes afstaand; hoofdjes 3 cm breed (bij maaivormen 2 cm) |
Blad: langwerpig, bochtig getand tot veerdelig; de onderste bladeren zijn in de bladsteel versmald, de bovenste ongesteeld. |
Vrucht: een nootje |
Overige: rozetplant |
Hoogte: 0,6-1,2 m |
|
|
|
|
|
Milieu & groeiplaats: vochtige, voedselrijke, vaak kalk- en humushoudende leem, zavel en rivierklei; in grazige vegetaties, in hooilanden, op dijken, bermen en taluds van holle wegen; verder in en langs vergraste stadsplantsoenen; zon. |
Verspreiding in Nederland: vrij algemeen in Zuid-Limburg en het rivierengebied |
Toepassing: kan in bermen, op dijken worden uitgezaaid en op open grazige plekken in tuinen worden uitgezaaid. Op zandgrond kan dit ook maar de soort verdwijnt na een aantal jaren. In grasland vegetatie die tweemaal per jaar worden gemaaid komt groot streepzaad vaak tot dominantie. |
Beheer: voor dominantie of een hoge frequentie van groot streepzaad (op voedselrijke bodems) tweemaal per jaar maaien. De eerste maaibeurt vindt meestal rond de tweede helft van juni plaatst, gevolgd door een tweede maaibeurt in september. Voor wilde bijen is dat vaak desastreus. Midden in het vliegseizoen verdwijnen dan alle nectar en stuifmeel producerende planten. Er komt dan meestal een tweede bloei, maar is voor de wilde bijen veel minder effectief. Een belangrijke bijen- en vlinderplanten als vogelwikke en aardaker komen vooral bij latere maaibeurten niet meer of nauwelijks tot bloei en/of komt de zaadrijping in gevaar. Groot streepzaad is een echte hooilandplant die zeer zeker niet vóór de zaadvorming mag worden gemaaid. De soort is niet goed bestand tegen begrazing. Door maaien, zoals dat met meer een- en tweejarige soorten het geval is, ontstaan nieuwe kiemplekken. Vegetaties op schralere en zomerdroge bodems (dijktaluds) worden vaak rond 1 augustus gemaaid. Maar voor de bijen is dat ook nog te vroeg. Op rijke bodems of zou de eerste maaibeurt voor half/rond half mei moeten plaatsvinden. Alle soorten komen dan nog tot bloei en tot een goede zaadrijping. Op schralere bodems zou de eerste maaibeurt moeten worden uitgesteld tot eind augustus begin september, eventueel gecombineerd met nabeweiding. Waar dat niet kan, is een gefaseerd of gedifferentieerd maaibeheer de beste oplossing. |
Wilde solitaire bijen: |
Zandbijen - Andrena |
|
Gewone dwergzandbij |
A. minutula |
|
|
Goudpootzandbij |
A. chrysosceles |
|
|
Witbaardzandbij |
A. barbilabris |
|
|
Zwartbronzen zandbij |
A. nigroaenea |
|
Groefbijen: Halictus en Lasioglossum |
|
Breedbandgroefbij |
H. scabiosae |
|
|
Matte bandgroefbij |
L.leucozonium |
|
|
Biggenkruidgroefbij |
L. villosulum |
|
|
Glanzend. bandgroefbij |
L. zonulum |
|
|
Dracht: (nectar) en geel stuifmeel. Indicatie voor dracht Code 2. |
|
Paardebloemstreepzaad - Crepis vesicaria subsp. taraxacifolium |
Tweejarig: bloeit mei-augustus, geel, bloeiwijze een tuil. twee- of eenjarig, rozetplant, 0,3-0,7m hoog. MILIEU: vochthoudende tot zomerdroge, matig voedselrijke en kalkhoudende, lemig zand tot kleiige bodems; in open vegetaties op dijken, in bermen en op spoorweg- en industrieterreinen, ook in plantsoenen; zon. VERSPR.nl: in hoofdzaak in het Delta- en Rijnmondgebied en in Zuid-Limburg. Fauna: zandbijen, groefbijen en honingbijen, zeer waarschijnlijk ook vlinders. Dracht: (nectar) en geel stuifmeel. Indicatie voor dracht 1 vrijwel zeker als groot streepzaad. Beheer als bij groot streepzaad. |
|
Groot streepzaad - Crepis biennis Let op de afstaande omwindselblaadjes |
|
|
Groot streepzaad in knop: omwindselblaadjes |
|
|
Groot streepzaad op talud IJsseldijk: de eenvormige vegetatie is nog in ontwikkeling |
|
|
Fragment vegetatie met groot streepzaad |
|
|
Groot streepzaad in een vegetatie die door fluitenkruid wordt gedomineerd |
2 x maaien is hier noodzakelijk. Door voor de bloei van fluitenkruid te maaien wordt de dominantie van deze plant verbroken. |
|
|
Groot streepzaad op talud van de Waaldijk met peen, margriet, en knolboterbloem |
|
|
Groot streepzaad in en park langs Via Regia in Maastricht. Plek van Halictus scabiosae (groefbij) |
|
|
Groot streepzaad in het Griftpark Utrecht; wordt voor en gedeelte ecologisch beheerd |
|
|
Groot streepzaad in een gemaaid en een vergrassend plantvak met rimpelroos |
|
|
Groot streepzaad uitgezaaid in een plantsoen in Zeist |
|
|
Groot streepzaad uitgezaaid in een wegberm in zeist |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met honingbij |
|
|
Groot streepzaad met hommel |
|
|