Cordyline australis
Aspergefamilie - Asparagaceae |
Drachtplant |
|
Een heester of kleine boom |
Bloeiperiode: in Zuid-Frankrijk Meil-juli, In Zuidwest Europa juni-augustus ? |
Bloem: wit-geelwit; bloeiwijze pluimachtig, deelbloeiwijze trosvormig |
Blad: zeer lang (tot ca 1m), lancetvormig en scherp toegespitst; aanzienlijk zachter dan bij Yucca |
Vrucht: een bes |
Hoogte: 3- 6 m; als kuipplant waarschijnlijk niet hoger dan 5 m. In het land van herkomst tot 20 m. |
Opmerking: bloeiend ken ik deze plant alleen uit Zuid-Europa. De foto's zijn gemaakt in Zuidwest Frankrijk. |
|
|
|
|
Milieu en groeiplaats: groeit in Zuid-Europa op leemachtige, droge bodems, wortelt waarschijnlijk zeer diep; groeit als tuin- of kuipplant waarschijnlijk op de meeste humushoudende minerale bodems. Zonnig |
Herkomst: Nieuw Zeeland |
Toepassing: kuipplant, grote bloembakken, ook in tuinen |
Beheer: vertakking bevorderen door voor de groei de top af te snoeien; verdraagt lichte vorst tot ca. 5 C bij lagere temperatuur, vooral met harde noordooste wind beschermende maatregelen treffen. ; gevoelig voor winternatte bodems |
Wilde solitaire bijen: niet waargenomen (wordt waarschijnlijk ook door wilde bijen bezocht) |
Dracht: nectar en bruingeelachtig stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 3. (in Zuid-Europa) |
|
Plant in een achtertuin in de volle zon |
|
|
Bloeiwijze |
|
|
Detail |
|
|
Honingbijen |
|
|
|
|
|
|
|
|