Schoenlappersplant - Bergenia cordifolia
Steenbreekfamilie- Saxifragaceae |
Hommelplant, drachtplant, vlinderplant. |
|
Een overblijvende (vaste) plant |
Bloeiperiode: maart - mei |
Bloem: rozerood, bloeiwijze trosvormig (een trosvormig bijscherm) |
Blad: blad langgesteeld, groot en leerachtig, bladvoet hartvormig tot rond, bladrand gezaagd; bladoppervlak, glanzend en vaak donkergroen; herfstkleur roodbruin. Kan in zachte winters zijn blad behouden. |
Vrucht: doosvrucht |
Hoogte: 0,35 - 0.6 m |
Opmerking: van deze plant bestaan tientallen varieteiten en cultuurvormen. De plant op deze pagina lijkt het meest op 'pupurea'. |
|
|
|
Milieu en groeiplaats: vochtige, matig voedselrijke tot vrij schrale, humushoudende bodems; zon-halfschaduw. |
Herkomst: Rusland. |
Toepassing: tuinen, vijverkanten, als bodembedekker en diepe, niet uitdrogende plantenbakken. Ook toe te passen in rotstuinen. De vraag is dan wel of Bergenia nog optimaal functioneert voor bijen. |
Beheer: als vaste plant beheren. |
Wilde solitaire bijen:niet waargenomen. |
Dracht: nectar en geel stuifmeel. Indicatie voor dracht: code Hb 3 in de omgeving (100-200m?) van een bijenstal en op vochtige grond. De nectarklieren zitten onder in de kelk en zijn daardoor niet altijd gemakkelijk bereikbaar voor honingbijen. In stadstuinen zijn honingbijen meestal afwezig. Misschien omdat de planten daar te droog staan of omdat er geen imker in de buurt is. |
|
Plant |
|
|
Blad |
|
|
Bergenia als oeverbeplanting |
|
|
Fragment |
|
|
Bloeiwijze |
|
|
Bloem - de twee stijlen zijn goed zichtbaar |
|
|
Fragmernt |
|
|
De bloemen zijn vaak naar een kant gekeerd |
|
|
Honingbijen |
|
|
Honingbijen zuigen nectar aan de voet van de kelkbladen |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Atalanta zuigt nectar |
|
|