Madeliefje - Bellis perennis
Composietenfamilie - Asteraceae
Bijenplant, drachtplant (hommelplant, vlinderplant)
Een overblijvende (vaste) plant
Bloeiperiode: hoofdbloei april -september, verder buiten vorstperioden hele jaar door.
Bloem: lintbloemen wit, vaak rood aangelopen, bloeiwijze alleenstaand
Blad: bladen in een rozet, spatelvormig, randen gekarteld en 3-5 cm lang
Vrucht: nootje
Overige: een rozetplant
Hoogte: 0,05-0,15 m
 
 
 
 
 
Milieu en groeiplaats: vochtige en vochthoudende, voedselrijke en humushoudende bodems; voornamelijk in veelvuldig gemaaide gazons en op regelmatig betreden en begraasde grasvelden, dijken en bermen; verder op allerlei open plaatsen als stadsplantsoenen, boomspiegels, halfverhardingen en tussen het plaveisel; zonnig.
De plant komt ook in een maaivorm voor in frequent gemaaide gazons en graslandjes.
Verspreiding in Nederland: zeer algemeen.
Toepassing: tuinen in gazonnetjes.
Beheer: bij 8 tot 10 maal per jaar maaien komt de soort goed tot ontwikkeling; bij 20 tot 26 maaibeurten per jaar blijven de rozetten in stand maar komen dan sporadisch in bloei.
Wilde solitaire bijen.
Zandbijen - Andrena
  Witbaardzandbij A. barbilabris  
  Tweekleurige zandbij A. bicolor  
  Vosje A. fulva  
  Grasbij A. flavipes  
  Roodgatje A. haemorrhoa  
  Zwartbronzen zandbij A. nigroaenea  
  Ereprijszandbij A. labiata  
Overige bijen
  Groefbijen Halictus, Lasioglossum  
  Tronkenbij Heriades truncorum  
  Bloedbijen Sphecodes  
  Wespbijen Nomada  
Opmerking wilde bijen: Op de meeste plaatsen waar madeliefjes bloeien, komen weinig op geen wilde bijen voor; soms kunnen ze talrijk voorkomen. Dat is in situaties waar wilde bijen in de directe omgeving talrijk nestelen en het voedsel aanbod nog beperkt is. In mijn eigen tuin tot nu toe nog nooit een wilde bij op madeliefje waargenomen, terwijl ze wel talrijk voorkomen. Andere planten genieten kennelijk de voorkeur. Dit geldt ook voor honingbijen. Nu en dan brengen ook hommels een kortstondig bezoek aan madeliefjes, maar te weinig om het hier te benadrukken.
Dracht: nectar en stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 1.
 
Platen Madeliefje Bron plaat links: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm ; Plaat rechts: Carl Axel Magnus Lindman: Bilder ur Nordens Flora (1901-1905)
 
Groeiwijze madeliefje
 
 
Een gazon bij een kasteel
 
Een weilandje in de stad (tegen havengebied Rotterdam-Zuid) door paarden begraasd
 
 
Een wijngaard in de Achterhoek. De paden tussen de rijen worden om en om 1 keer in de 14 dagen gemaaid. Hier ontstaat hetzelfde effect als in gazons
 
 
Madeliefjes groeien vaak samen met andere planten.
 
Madeliefje tussen het plaveisel
 
Witbaardzandbij - Andrena barbilabris (vr)
 
Witbaardzandbij - Andrena barbilabris m
 
Witbaardzandbij - Andrena barbilabris vr
 
Tweekleurige zandbij - Andrena bicolor (m)
 
Grasbij - Andrena flavipes (vr) -
 
Grasbij - Andrena flavipes (m)
 
Grasbij - Andrena flavipes (vr)
 
Roodgatje - Andrena haemorrhoa (vr)
 
Zwartbronze zandbij - Andrena nigroaenea (vr)
 
Een groefbij - Lasioglossum
 
Een groefbij - Lasioglossum
 
Een wespbij - nomada (naam volgt) -
 
Een wespbij - nomada (naam volgt)
 
Een wespbij - nomada (naam volgt)
 
Een bloedbij (vr) -Scrol voor meer foto's
0
 
Ereprijszandbij
 
Een bloedbij
 
Een bloedbij
 
Tronkenbij
 
Tronkenbij
 
Aardhommel
 
Foeragerende kleine vos